Jodenvervolging

Erenaam 'Jodenweg' in Vledderveen roept vragen op





Het CIDI (Centrum Informatie en Documentatie Israël) in Den Haag vindt in 1996 dat de naam 'Jodenweg' in Vledderveen in tijden van politieke correctheid niet meer kan. 'Noem het ''Jodenstraatweg' of desnoods 'Jodenlaan', maar niet 'Jodenweg', want dat ligt te gevoelig. Kwaadwillenden kunnen het lezen als 'joden weg' of 'weg met de Joden'. Daaraan kunnen zowel Joden als niet-Joden aanstoot nemen', zegt adjunct-directrice Hadassa Hirschfeld. Het onderwerp is haar door een uit het westen afkomstige inwoner van Vledderveen onder de aandacht gebracht.

'Erenaam'

Burgemeester Wim Vuursteen van de voormalige gemeente Vledder: 'Het verdriet mij dat je zo veel jaren later nog een geschil kunt hebben over de interpretatie van een woord. Jodenweg is in Vledderveen een soort erenaam. Iedereen hier weet hoe die naam bedoeld is.'

De kwestie is eerder aan de orde geweest. In 1982 om precies te zijn. Het weggetje, waaraan een paar huizen staan, staat sinds de oorlog in de volksmond als Jodenweg bekend. Op verzoek van de inwoners van Vledderveen wordt de weg sinds de jaren zestig ook officieel als zodanig aangeduid. Ze willen de herinnering aan de Joden die hier door de Duitsers te werk waren gesteld, levend houden. De gemeente wil de zandweg van Vledder naar Vledderveen in 1986 aanvankelijk alsnog Venneweg noemen, maar dat leidt tot protesten.

Herinnering aan een kamp

De toenmalige gemeente Vledder legt dan de kwestie voor aan de Anne Frank Stichting en aan het Herinneringscentrum Voormalig Kamp Westerbork. Beide instellingen adviseren de naam Jodenweg te handhaven vanwege de emotionele lading. 'De herinnering aan het kamp dat hier in 1942 gevestigd was, mag niet verloren gaan.' De indruk dat deze benaming hier en daar een negatieve indruk zou kunnen maken, is te licht bevonden om tot naamswijziging over te gaan, zo concludeert burgemeester Cees Verstegen van Vledder.

Het CIDI denk ze daar dus tien jaar later alsnog weer anders over en gaat in tegen de expliciete adviezen van 'Westerbork' en de Anne Frank Stichting. Op 2 januari 1996 ontvangt burgemeester Wim Vuursteen een brief van het CIDI met het verzoek tot wijziging van de naam. Maar de gemeente legt dat verzoek naast zich neer. Welke naam zou het bovendien moeten worden, vraagt wethouder Nieland zich af. 'Jodenstraatweg kan niet omdat het voor tweederde een zandpad is. Jodenstraat is evenmin van toepassing, omdat er maar één woning aan staat. Jodenlaan is niet geschikt omdat er geen bomen aan staan.'




Rond de 180 bij razzia's opgepakte Amsterdamse Joden worden er tussen 10 januari en 2 oktober 1942 in afzondering te werk gesteld. Ze verblijven in het arbeidskamp in Vledder. Weglopen betekent vertrek naar Westerbork of rechtstreeks naar Duitsland. Om de zoveel tijd wordt een groep Joden lopend afgevoerd naar Westerbork. Als voorbode van de latere massale vervolging. Ze moesten zandwegen aanleggen en verbeteren. Een van die wegen is de Jodenweg, tot dan alleen een voetpad. Door de schoolkinderen Bianca Boertje en Simone Hof wordt er in 1986 een monumentje onthuld in de vorm van een zwerfkei met een plaquette.




Fotocollage kamp Vledder uit boek Jodenkampen van Niek van der Oord

De Joden, veelal kantoorklerken en diamantslijpers, ontginnen onder toezicht van plaatselijke ploegbazen van de Heidemij de heide vanaf het bos tot aan de Friese provinciegrens (de Oostvierdeparten van Noordwolde). Eerst de heideplag er af, dan de onderliggende laag zand afvoeren via smalspoor naar de Janssenslaan. Een groot deel van het huidige dorp Vledderveen is zo door de Joden opgehoogd. Boeren kunnen vervolgens voor 800 gulden - de helft van het normale bedrag - een hectare ontgonnen land op de Drents-Friese grens kopen. De Joden leggen ook een zandpad aan, met greppel aan beide kanten. Als de ontginning daar ter plekke klaar is maakt een opzichter van de Heidemij de opmerking dat dit pad voortaan de Jodenweg is.

Ontmoetingsplek voor Joden en dorpelingen




De Jodenweg is de ontmoetingsplek voor de Joden en de dorpelingen. De Joodse dwangarbeiders krijgen er voedsel en kleren en kunnen boodschappen doorgeven aan familie. Pakjes van de familie uit Amsterdam worden via de dorpelingen en meewerkende postbestellers aan de magere kampbewoners doorgegeven. (Er zijn inwoners van Vledder die weten dat de arbeiders geld, horloges en sierraden hebben. Ze maken daar misbruik van en bieden een bordje pap aan voor een gulden.)

De tassen van de postbode puilen uit met matzes, snoep en tabak. Ze krijgen bovendien van bewoners extra eten, omdat het vermoeden bestaat dat hun rantsoenen door bewakers verkocht worden. Zo krijgen 17 arbeiders van de familie Groenink iedere dag een emmer stamppot bestaande uit 20 kilo aardappelen, 4 pond bruinen bonen en 4 liter melk. Het lijkt net stopverf, maar de arbeiders zijn er gek op. Het is vooral dat contact dat de naam Jodenweg in Vledderveen symboliseert. En het is vooral oud-raadslid Roelof Groenink die zich voor het behoud er van heeft ingezet.