Verzet en verraad

Drama bij onderduikershol Wapserveld Doldersum


In de nacht van 7 op 8 september 1944 wordt het arbeidskamp in Vledder door een onbekende Friese verzetsgroep, bestaande uit een tiental gewapende mannen, overvallen. Er is in het kamp, maar ook bij het verzet, angst ontstaan dat de arbeiders niet langer bij boeren moeten werken, maar dat ze zouden worden ingezet om verdedigingswerken te maken. Er gaan 21 bewoners met het verzet mee om onder te duiken.


Door het verzet worden zij ondergebracht in vier ondergrondse schuilplaatsen in de buurt van Doldersum. In de ochtend van vrijdag 8 september komt al snel de De Sicherheitspolizei met drie auto’s uit Assen bij het kamp in Vledder aan. De Duitsers en twee ‘foute’ politiemannen verhoren met geweld de nog aanwezige arbeiders. Dat levert informatie op over het goed verstopte hol op het Wapserveld, dat rond het middaguur door een politieman dan ook wordt gevonden.

Er zitten negen jongens in verborgen. Twee worden in leven gehouden om mee te zoeken naar de andere holen. Ze zouden ook niet vrijwillig met de verzetsgroep zijn meegegaan. De andere zeven worden ter plekke geblinddoekt en neergeschoten



Eén van de zeven overleeft de executie, maar deze Roelof IJsselstein uit Gouda blijft de rest van zijn verdere leven gehandicapt. Hij heeft gedurende zijn gehele leven veel last van zowel lichamelijke als psychische klachten. Hij overlijdt in 1986.

‘We kregen een blinddoek voor die door een van Hollanders van een oud stuk laken werd afgescheurd. Ik had toen niet in de gaten wat ze met ons van plan waren te doen. Het leek er op dat ze ons geblinddoekt ergens heen wilden voeren, waarbij wij de weg niet zouden mogen weten. Plotseling hoorde ik hevig lawaai achter mij. Wat er op dat moment precies gebeurde kan ik niet meer vertellen. Ik was versuft en lag op de grond. Ik voelde bloed langs mijn gezicht lopen. Het was erg stil en in de verte hoorde ik auto’s wegrijden. De zes andere jongens bewogen zich niet meer. Ik ben toen weg gestrompeld en voelde een hevige pijn in de linkerschouder en rechterzij. Later bleek dat ik daar schotwonden had. Ook aan mijn hoofd had ik een schampschot dat bloedde. Toen ik daarna met mijn gescheurde en gehavende kleding wegliep, zag ik onderweg twee mannen die daar aan het werk waren. Ik riep naar hen om hulp, maar ze gingen er snel op hun fietsen vandoor. Ik heb nooit geweten wie dat waren.’

Roel IJsselstein komt op eigen kracht bij een boerderij en krijgt daar eerste hulp. Later wordt hij onder valse naam in het ziekenhuis van Assen behandeld en duikt hij onder bij twee verpleegsters thuis. De twaalf andere ontsnapte arbeiders zitten nog een paar dagen in andere holen en worden daarna naar andere onderduikadressen gebracht. Op de heuvel, waarin de schuilplaats van de negen mannen zat, wordt na de oorlog een klein gedenkteken aangebracht in de vorm van een kruis. Op 8 september 1995 wordt het vervangen door een muurtje met een gedenkplaat, dat wordt onthuld door de weduwe van Roel IJsselstein. Er wordt later ook nog een Brabantse klok geplaatst.



Daders krijgen de doodstraf



De bij de SD gedetacheerde voormalige politieagenten Sander van Droffelaar (35) uit Amsterdam en Jan Lamberts uit Norg (31) worden mede vanwege hun rol in dezen moordpartij door de Asser kamer van het Bijzonder Gerechtshof Leeuwarden ter dood veroordeeld. Ze hebben ook een waslijst aan mishandelingen en martelingen op hun naam staan.

Er komen honderd getuigen opdraven, die de aangerichte ellende tot in details beschrijven. Van Droffelaar: 'Ik weet, dat in bezettingstijd mijn gedrag en houding fout zijn geweest. Ik heb gezondigd tegen God en mijn naasten.' Lamberts: 'Ik kan niets zeggen.' De twee worden na hun veroordeling op 16 november 1949 in Groningen geëxecuteerd, nadat kort daarvoor een gratieverzoek wordt afgewezen.

Twee kompanen, ook oud-politiemensen, die tegelijk worden berecht zijn Hendrik Cornelis Jan Lammerse uit Leiden en Andries Sluiter. Lammerse: 'Ik hoop, dat u mijn welgemeend berouw wilt aannemen en dat u de grootst mogelijke clementie met mij wilt betrachten.' Ook Lammerse hoort de doodstraf eisen, maar krijgt levenslang. Sluiter, die niet wordt gezien als initiator, krijgt 19 jaar cel.

Dodenherdenking Wapserveld 2010

Herdenking Doldersum april 2010

Vroege herdenking Wapserveld 4 mei 2014

Herdenking 70 jaar later op 8 september 2014


Gouwenaar Hans Suijs raakte gefascineerd door het levensverhaal van Roel IJsselstein.Samen met Bas van Beukering maakte hij een documentaire, waarin Klaas van Dalen uit Rhenen, een collega van IJsselstein, vertelt over de periode dat zij in de bossen van Doldersum verbleven.

Klaas van Daalen wordt op 5 mei 2017 benoemd tot lid in de Orde van Oranje Nassau. Van Daalen is de oprichter van Stichting Monument Doldersum en zet zich hier sinds 1995 voor in. Zo hielp hij onder meer bij het ontwerpen en bouwen van het monument in Doldersum en onderhield hij de gedenkplaats voor zeven neergeschoten jongemannen. Van Daalen zat tijdens de oorlog in het werkkamp in Vledder.